Samenstelling/betekenis OP’s
De open posten (OP’s) in de sectie ‘Bestaande facturen’ bestaan uit het verschil tussen het brutobedrag van de rekening/creditnota en de afzonderlijke
(aan de rekening/creditnota toegewezen) bestaande betalingen.
Voorbeeld:
Aan het volgende voorbeeld ligt de afrekening van de huurovereenkomst en een aanvullende factuur ten grondslag. In de eerste afbeelding is de factuur
ter hoogte van € 130,90 geselecteerd, waaraan een betaling ter hoogte van € 150,- en een uitbetaling van € 19,10 zijn toegewezen.
Het factuurbedrag is dus volledig betaald, er bestaat geen verschil. Daarom bedraagt de OP in deze factuur € 0,-.
In de volgende afbeelding is de aanvullende factuur geselecteerd, waaraan geen betalingen kunnen worden toegewezen. De OP blijft dus in de volledige hoogte bestaan. Daarom: OP-bedrag = factuurbedrag.
Nadat de aanvullende factuur betaald is, ontstaat het volgende beeld:
Aan de aanvullende factuur is nu eveneens een betaling toegewezen en daarom is de OP betaald.
Bijzonderheden bij OP’s na annulering
Bij annulering van een factuur ontstaat uit de onder ‘Bijzonderheid annulering/toewijzing factuur bij annulering’ toegelichte
toewijzingen bij creditnota en factuur een OP van € 0,-, omdat na de annulering geen factuur meer aanwezig is waardoor een OP zou kunnen ontstaan.
Pas door de nieuwe factuur op te stellen, ontstaat een nieuwe OP. In dit geval is het brutobedrag van de factuur verminderd.
Door de al aanwezige betalingen uit de oorspronkelijke factuur ontstaat voor de klant dus een tegoed (€ 113,05nieuw factuurbedrag minus € 130,90 verrichte betaling = € 17,85 tegoed).
Als het brutobedrag wordt verhoogd, ontstaat het volgende beeld (zie afbeelding):
Als de ontstane OP echter onmiddellijk wordt betaald (dus de betaalmethode contant blijft bestaan), bedraagt de OP weer € 0,-.
In dit geval zijn aan de nieuwe factuur de betalingen/verrekeningen uit de eerste afrekening en de actuele betaling (€ 47,60) toegewezen.
De factuur is dus betaald.
Het OP-bedrag onder ‘Bestaande facturen’ wordt dus altijd berekend uit het brutobedrag van de factuur verminderd met de bestaande betalingen (betaling én uitbetaling).
De berekening ontstaat automatisch uit de uitgevoerde boekingen (kasboekingen en betalingen).